Antwoord van de wethouder aan Natuurlijk Landschap Heidenhoek
Met reacties van NLH | 18 januari 2021
[Wethouder:] Ik ben blij om te horen dat jullie het gesprek van 17 december 2020 als prettig hebben ervaren. Ook ik vond het een wederzijds respectvol en prettig gesprek. In deze mail probeer ik op diverse opmerkingen te reageren. Voor het gemak doe ik dat door steeds een stukje van jullie mail en daarna van jullie brief te knippen en deze vervolgens te beantwoorden (kleur blauw).
Reacties Natuurlijk Landschap Heidenhoek (NLH) | Onze reacties op uw antwoorden vindt u hieronder, in het bruin (18 jan 2021).
[NLH:] Op 17 december 2020, spraken we elkaar over de windturbine-ontwikkelingen in de gemeente Bronckhorst. Over de communicatie daarover met de burger en over de mogelijkheden om schade aan onze leefomgeving en onze leefbaarheid te voorkomen. U hebt veel van onze vragen beantwoord. Van sommige antwoorden zijn we geschrokken. Bij andere antwoorden hebben we nog een vraag.
De antwoorden die ons het meest troffen, vindt u hieronder opgesomd:
Verontrustende windturbine-ontwikkelingen
- Er was tot voor kort geen overleg tussen de Achterhoekse gemeenten over plannen voor grote windturbines. Het effect daarvan is gebleken voor burgers, langs de gemeentegrenzen van Bronckhorst. U las, net als wij, in de krant wat de andere gemeenten van plan zijn. Onthutsend. Anders dan de slogan van de RES Achterhoek doet vermoeden; de onderlinge verhoudingen lijken niet gebaseerd op vertrouwen of saamhorigheid.
[Wethouder:] In de concept RES heeft de regio Achterhoek een gezamenlijk en gedegen bod neergelegd. Als bijdrage aan het landelijke doel voor 2030, zoals deze in het Klimaatakkoord is afgesproken. Helaas betekent dat niet altijd dat we op tijd op de hoogte worden gebracht door een aangrenzende gemeente over plannen die ontwikkeld of ingediend worden.
Ik heb in dit individuele geval daarover ook mijn ongenoegen geuit. Maar dat er geen onderling vertrouwen of saamhorigheid is, klopt niet.
- U ziet gelukkig de kansen van ‘Via Parijs’. Bijvoorbeeld in de kracht van Bronckhorst bij CO2- onttrekking. Nu nog een gemiste kans in de RES Achterhoek, vond u. ‘Dat mag nog een stuk ambitieuzer.’ Maar u volgt niet het volledige advies van het College van Rijksadviseurs (CRa). Het CRa pleit voor het vrijwaren van enkele gebieden in Nederland van energie-industrie, waaronder de Achterhoek. Het zijn plekken die op een andere manier bijdragen aan het klimaatakkoord: minder energieopwekking en (bijvoorbeeld) meer CO2-onttrekking. Maar u wilt nog steeds 12 grote windturbines plaatsen, tegen dit pleidooi in.
[Wethouder:] In het Klimaatakkoord heeft Nederland zich tot doel gesteld 35 terawattuur (TWh) aan hernieuwbare stroom op te wekken in 2030. Om deze landelijke opgave te realiseren, hebben dertig regio’s de taak om elk een Regionale Energiestrategie (RES) op te stellen. Ook de regio Achterhoek is verplicht haar eigen keuzes voor grootschalig zon en wind in een RES te beschrijven. Het rapport Via Parijs is een oproep om te sturen op ruimtelijke afwegingen en richt zich primair op het Rijk. Toch kunnen we deze oproep ook regionaal en zelfs binnen de gemeente vertalen: Laat het niet ontstaan, maar stuur op de ruimtelijke kwaliteit. Ook binnen de 30.000 hectare en diverse landschappen die Bronckhorst telt is het goed mogelijk hierover keuzes te maken en sturing te geven, al heeft het natuurlijk de voorkeur als dit óók op regionaal en landelijk niveau gebeurd. Daarbij moet wel opgemerkt worden dat dit ook een sociale politieke variant heeft. In andere regio’s wordt immers ook gewaakt voor de ruimtelijke- en woon kwaliteit. Afhankelijk van de criteria die je gebruikt kan een deel van de opgave ook hier in onze gemeente landen, bijvoorbeeld als ‘afstand tot bewoning’ een grote rol gaat spelen. Je kunt je afvragen of op dat moment die vorm landelijke of regionale sturing nog lokaal geaccepteerd zou worden.
NLH | ‘Sturen op kwaliteit’ is een relatieve zaak en heeft een schaalaspect.
Het landschap in de Achterhoek is in het perspectief van Nederland heel waardevol. Mogelijk zijn er ook delen die iets minder waardevol zijn. Er is dus een afweging nodig op een ander schaalniveau. Daar zou de gemeente zich hard voor moeten maken richting provincie en rijk. Zoals in het voorbeeld Nunspeet: De gemeente Nunspeet heeft veel bos binnen haar grenzen en vond vroeger dat er best wel wat bos af kon, want er bleef genoeg over. Maar op West Europees niveau is de Veluwe het grootste aaneengesloten bosgebied. Oftewel: er zal voor dit mondiale vraagstuk ook op een ander niveau sturing gegeven moeten worden.
Communicatie daarover met de burger
- De informatievoorziening is op dit moment heel goed, vindt u. En rond windturbine-locaties herhaalt uw adviseur zich met het zinnetje ‘Tja, we weten het nog niet, we weten echt nog niks.’ Daarmee doet u zichzelf tekort. U kunt immers vertellen wat u wel weet. U laat nu burgers puzzelen op meerdere gebiedskaarten, uit meerdere bronnen. Gewoon gebieden noemen die uitgesloten zijn van windenergie. U vertelt ons dat dit bijvoorbeeld de Heidenhoek betreft en ’t Zand. U kunt op die manier nog meer mensen geruststellen.
[Wethouder:] Zowel mijn adviseur en ik hebben niet gezegd dat wij niets weten. Wij hebben met klem benadrukt dat wij niets weten van een bekende locatie waarvoor een initiatief is. Met uitzondering van de windplannen bij het landgoed Keppel.
De gemeente Bronckhorst heeft geen rol in de afweging of er daar – op het grondgebied van Doetinchem - windmolens komen. De raad en het college van Doetinchem besluiten hier uiteindelijk over.
De uitsluitingsgebieden (vanwege bovengemeentelijke belemmeringen of andere barrières) zijn wel bekend. Deze staan op de belemmeringenkaart bij de Routekaart Bronckhorst Energieneutraal 2030. Aan bijvoorbeeld het actiecomité ’t Zand is al sinds maart 2019 mondeling en schriftelijk kenbaar gemaakt dat windmolens op ’t Zand zijn uitgesloten.
NLH | We wijzen nog maar eens op de noodzaak tot transparante communicatie. U vertelde ons bijvoorbeeld dat het biodiversiteitsplan gebruikt zal worden (naast de RODE-kaarten) voor het vinden van ‘geschikte’ locaties voor windturbines.
Dat wisten we niet. Weer een nieuw kaartje erbij dus, om te bekijken.
Waar vermeldt u dat dit biodiversiteitsplan daarvoor wordt gebruikt? En hoe moeten andere burgers daar achter komen?
We bedoelen dit soort puzzelwerk, waarmee we steeds bezig moeten zijn. Dit past niet bij actief en volledig informeren.
- Informatie moet actief en volledig zijn. Dus ook als nog niet alles duidelijk is. Dan noem je de marges (hoogte, afstand, geluidshinder, etc.) en wat er mogelijk gaat gebeuren. Informatie moet visueel zijn en begrijpelijk voor iedereen. Het moet op de deurmat vallen en integer van karakter zijn. Dus geen ‘factfull marketing’. En niet alleen maar ergens op een gemeentewebsite vindbaar. Dat is passief informeren. Mensen gaan niet zelf op zoek naar informatie, als ze niet weten dat ze iets niet weten.
[Wethouder:] Zover de informatie er is, zijn we actief en volledig. Alleen windmolens lager dan 25 meter zijn toegestaan. Hiervoor moet een melding in het kader van het Activiteitenbesluit worden ingediend. Hier gelden de landelijke voorschriften.
NLH |Actieve informatie dringt zich als het ware op aan de burger. Het verloopt in ieder geval (ook) via drukwerk en brieven, gericht aan alle bewoners. Een enquête voorleggen aan burgers, voordat zij zijn ‘bijgepraat’, is een duidelijk voorbeeld van wat er mis kan gaan in een proces, waarin de communicatie niet actief verlopen is.
[Wethouder:] De beleidsregels en kaders voor grote windmolens (groter dan 25 meter) zijn opgeschort tot 2022. Er zijn dan ook geen marges bepaald en die kunnen we dus ook niet delen. Wat er mogelijk moet gebeuren staat in de energiemix bij de routekaart openlijk gecommuniceerd (ongeveer 36 MW aan opwek door windmolens).
- Het Bronckhorster kader voor windenergie wordt niet ter inzage voorgelegd aan de burger. Het zijn de spelregels waarmee energie-coöperaties gaan spelen. Met ingrijpende gevolgen voor de burger. Neem burgers mee in de opstelling van de spelregels en geef gelegenheid tot gezamenlijke verbetering. Wat kan er tegen zijn op ijzersterke kaders?
[Wethouder:] Er is nog geen gemeentelijk kader en daarom kan die ook niet worden voorgelegd. De enquête en de gesprekken met de stakeholders zijn juist bedoeld om lokale aandachtspunten, nieuwe inzichten en mogelijke zorgen bij inwoners op te halen. Dit nemen we mee in een voorstel aan de gemeenteraad. In mei 2021 neemt de raad een besluit hierover.
Wij zijn een groot voorstander van eigen, duidelijke kaders en lokale voorwaarden rond participatie, gezondheid en landschap. Met de routekaart is daar eerder al een voorstel voor gedaan. Het ruimtelijk kader heeft toen ook ter inzage gelegen. Op verzoek van de raad en diverse actiecomités zijn deze kaders door de Raad niet aangenomen.
NLH | Wat we hier bedoelden, is zoals u het ons vertelde:
Het Bronckhorster kader voor windenergie zal niet ter inzage gelegd worden, zoals dat in 2019 met de routekaart wel gebeurde. Zodoende raken we pas formeel op de hoogte bij het publiceren van de raadsstukken, om vervolgens in een korte tijd alleen naar de Raad een reactie te kunnen afgeven, in de hoop dat die dan meegenomen wordt in het debat. Bij een zorgvuldig proces, waarin wordt voorgestaan dat iedereen, en zeker de burger, wordt betrokken is dat een vreemd sluitstuk.
(We bedoelden natuurlijk niet dat een kader dat niet bestaat, ter inzage gelegd zou moeten worden…)
Ernstige schade aan onze leefomgeving en leefbaarheid
- We gaan gebieden aanwijzen voor grootschalige energieopwekking zonder gedegen natuur- en landschapsanalyse, “omdat Bronckhorst daarvoor te groot is”. U geeft aan dat we met de erfgoedanalyse van archeologisch bureau RAAP en met het biodiversiteitsplan gebieden kunnen aanwijzen voor windturbines. Helaas is ook de kaart in het biodiversiteitsplan niet solide, volgens de opsteller. ‘We hebben onderzoek nodig om objectief te meten’, stelt hij. Maar dat is te arbeidsintensief...
- U legde uit: Om het behapbaar te maken, wijzen we eerst (mogelijke) plekken aan voor windturbines. Daarna kijken we op die plek meer in detail naar hoe we de natuur en het landschap kunnen beschermen.
- U beloofde gelukkig: We zoeken dan ook meteen de toekomstig omwonenden op, om elkaar als gelijkwaardig gesprekspartners te spreken. Dat gebeurt in onze gemeente niet pas als de initiatiefnemer al goedkeuring heeft gekregen van de gemeente (zoals in de gemeente Doetinchem), maar ver daarvoor.
- U stelt: “Sommige stukken van Bronckhorst hebben gewoon een lage landschappelijke waarde”, omdat het “agrarisch gebied” is met “ruim zicht”. “Het lijkt daar wel een polder.” “Er wonen weinig mensen en grote windturbines passen er goed in. Het is geschikt om te veranderen in een energielandschap.”
- Voor Bronckhorst maakt het niks uit wat natuur-, landbouw en landschapsorganisaties inbrengen op het niveau van de RES Achterhoek. “Wij kunnen onze eigen gemeentekaart zo inkleuren als we zelf willen.”
[Wethouder:] Ik vrees dat u hiermee mijn uitleg wel erg versimpelt. Ik heb aangegeven dat het landschap van Bronckhorst veel variatie kent en dat in dit grote gebied het mogelijke moet zijn om kansrijke gebieden te vinden. We weten ook al heel erg veel over het landschap en kunnen daar gebruik van maken. De gebieden met een hoge landschappelijke waarde zou je op basis daarvan al kunnen uitsluiten. Dit is in 2019 ook voorgeteld aan de Raad. In gebieden die resteren met lagere landschappelijk kwaliteit zou je kunnen onderzoeken hoe je die kwaliteit die aanwezig is kan behouden en eventueel kan versterken bij een initiatief.
NLH | Bovenstaande is wat er is gezegd in het gesprek. Als dit een versimpelde weergave van een andere realiteit is, dan horen we die heel graag.
Verder, de ‘hoge en lagere landschappelijke waarden’ die u noemt, vinden hun oorsprong in de ‘cultuurlandschappelijke waardenkaart’ van archeologisch bureau RAAP. Het bureau bracht landschappelijk erfgoed in kaart.
Historische deskundigheid is iets anders dan ecologische en landschappelijke deskundigheid. Kennis van ecosystemen, kwetsbare natuurgebieden, weidevogelgebieden, leef-, foerageer-, voortplantings- en rustgebieden, trekvogelroutes, verbindingszones. Kennis van kwetsbaarheid en zeldzaamheid van soorten. Kennis van ruimtelijke kwaliteit: belevingswaarden (mooi, verrijkend, aantrekkelijk), gebruikswaarden (nut, noodzaak en functionaliteit) en toekomstwaarden (duurzaamheid en adaptief vermogen).
Deskundigheden die nodig zijn voor een volledige natuur- en landschapsanalyse. Maar, zoals u aangaf, “we gaan geen volledige analyse doen, daarvoor is Bronckhorst te groot”.
We missen dus straks een ‘routekaart landschap’, met bijbehorende kaartlagen, waarin op een overzichtelijke manier wordt aangegeven hoe (met welke aspecten en bronnen) de afweging gaat plaatsvinden.
De antwoorden die vragen opriepen, vindt u hieronder opgesomd:
Koop duurzame energie in
We bespraken een casus met gedachtenexperiment (Stel: ‘Nieuwe afstandsnormen maken de plaatsing van windturbines in Bronckhorst onmogelijk.’) U kon helaas niets bedenken bij onze realistische casus, die we ter inspiratie aan u voorlegden. Daarbij was u wel duidelijk over één van onze ideeën:
We kunnen duurzame energie inkopen, bijvoorbeeld door te participeren in een duurzaam project voor nieuwe energie elders in Nederland. We kunnen ook Nederlandse GvO’s inkopen en daarmee nieuwe duurzame energie een boost geven. Participeren in Nederlandse opgewekte duurzame energie telt mee voor de duurzame doelstellingen van Nederland (SER energie-akkoord).
Tot onze verbazing zeiden u en uw adviseur: “Nee, dat kan niet.” Toch is het één van de opties die gedeputeerde Jan van der Meer noemt, naar aanleiding van het Gelders Klimaatplan.
Vraag 1: Kunt u nog een toelichting geven op de mogelijkheden voor ‘inkoop’ van duurzame energie?
[Wethouder:] Met de Routekaart Bronckhorst Energieneutraal 2030 is Bronckhorst aan de slag met de energie-opgave en de lokale opdracht om in 2030 energieneutraal te zijn. Deze ambitie betekent dat we net zoveel duurzame energie zelf opwekken als dat we in totaal aan energie verbruiken. Ook in het Klimaat Akkoord op Rijksniveau is duidelijk de opgave geformuleerd om energieopwekking op land in te passen. Regio’s die al een grote bijdrage leveren zoals Flevoland en Noord-Holland geven ook nadrukkelijk aan dat nu ook andere regio’s aan zet zijn. Het is daarmee glashelder dat elke regio een bijdrage moet leveren (zo ook de Achterhoek) en dat ook de gemeenten in de regio zelf hun verantwoordelijkheid moeten nemen.
NLH | We vinden hierin geen antwoord op de vraag. Hoe dan ook is inkoop van duurzame energie één van de manieren waarop we duurzame energieopwekking op land kunnen steunen. Ook hier geldt dat er (ook) een afweging nodig is op een ander schaalniveau. Daar zou de gemeente zich hard voor moeten maken richting provincie en rijk.
Zaai geen angst
U voedt de angst bij raadsleden dat de provincie de regie gaat overnemen, als we niet positie kiezen en inzetten op grootschalig wind op land. We vinden dat opmerkelijk. Wanneer je initiatiefnemers uitnodigt om een windturbinepark (> 5 MW) neer te zetten, dan zet je automatisch de gemeente als bevoegd gezag opzij. Zo zijn nu eenmaal de regels. Kleine troost: de provincie zal niet rücksichtslos toepassen. ‘Provincies zijn gehouden hun bevoegdheid toe te passen als een initiatiefnemer een afwijzing heeft ontvangen van de gemeente. De provincie moet voor het betreffende project overigens wel menen dat sprake is van een goede ruimtelijke ordening, zoals dat op grond van de Wro moet worden aangetoond’...
Vraag 2: U geeft raadsleden het gevoel dat we ‘de provincie buiten de deur kunnen houden’. Hoe doen we dat dan? Met het Bronckhorster plan voor 36 MW aan windenergie?
[Wethouder:] Ik voed zeker geen angst,. Dat zou ook onterecht zijn, maar ik heb de raad erop gewezen dat onze vrijheid om besluiten te nemen (of dat na te laten) wel plaats vindt in een politieke en bestuurlijke realiteit die daar ook op van invloed op is. Als wij geen heldere kaders stellen deze ook niet kunnen worden toegepast bij eventuele initiatieven. Door op tijd zelf kaders op te stellen houdt de gemeente regie en kunnen we de belangen van inwoners beter bewaken. De realiteit is ook dat er opgaven liggen van het Rijk en provincies en deze óók bevoegdheden hebben die ze kunnen inzetten als blijkt dat gemeenten niet in staat zijn om zelf te bepalen hoe en waar we energieopwekking kunnen inpassen.
Het risico bestaat dat initiatiefnemers de provincie vragen om een inpassingsplan op te stellen. Een initiatiefnemer kan zich namelijk altijd wenden tot het bevoegd gezag voor medewerking. De provincie kan de regie dan overnemen. Dit laat de casus in Zevenaar zien, waar de gemeente simpelweg geen verantwoordelijkheid nam voor een goede inpassing en de provincie daarom de regie over nam. Deze molens zijn inmiddels gerealiseerd. De opstelling van de gemeente heeft niet bijgedragen aan een goede inpassing, participatie of lokale voordelen van bijvoorbeeld de opbrengst of eigenaarschap van de molens.
NLH | De provincie ‘kan’ niet de regie overnemen, de provincie moet de regie overnemen. Omdat de regels zo zijn. Krijgt een initiatiefnemer een afwijzing van de gemeente (bijv. vanwege een bovenwettelijk kader) dan moet de provincie overrulen. De turbines van Bijvanck moesten een ‘ja’ krijgen van de provincie. https://www.ad.nl/arnhem/provincie-moet-altijd-ja-zeggen-br-tegen-windmolens~a933b8c2/ De provincie was daar destijds net zo ongelukkig over als de betreffende gemeente Zevenaar. Zolang de regels zo zijn, is dit een situatie die niet te voorkomen is. We vinden het niet juist dat de raad van u de indruk krijgt dat dit wel zo is, als ze maar goed meewerken aan het kader. https://www.rvo.nl/onderwerpen/duurzaam-ondernemen/duurzame-energie-opwekken/windenergie-op-land/fases-windprojecten/voorverkenning
Het is zeer de vraag of het Bronckhorster kader straks stand zal houden in een ‘situatie Zevenaar’. De raad zal van u vragen het juridische bewijs daarvoor te leveren.
Deel de ontwikkelingen rond bescherming van Bronckhorster natuur en landschap
De provincie Gelderland uit onomwonden haar kritiek op de Achterhoekse RES-gemeenten:
- Het bod is niet gebaseerd op mogelijk geschikte zoekgebieden.
- Er is onvoldoende aandacht voor de kwaliteit van natuur en landschap.
- Er ontbreken kaarten met voldoende detailniveau van natuur- en landschapskwaliteit.
- Er moet meer aandacht komen voor bovenlokale/grensoverschrijdende onderwerpen als landschap en kansen langs snelwegen.
U heeft deze kritiek inderdaad (publiekelijk) onderschreven. De vraag blijft:
I Op welke wijze gaat Bronckhorst (en de RES-regio Achterhoek) deze kritiekpunten wegnemen?
II Op welke wijze gaat Bronckhorst (en de RES-regio Achterhoek) de gebiedseigen kansen inzetten, als instrumenten voor behoud en versterking van onze natuur- en landschapswaarden én daarmee samenhangende economische belangen (toerisme, recreatie, vestigingsklimaat en wonen).
III Hoe gaat Bronckhorst (en de RES-regio Achterhoek) zorgen voor een volledige natuur- en landschapsanalyse, die daarbij onmisbaar is?
a. Voor het, in detail, in beeld brengen van onze natuur- en landschapswaarden en kwetsbaarheden
b. Voor het concreet identificeren van gebiedseigen kansen: geothermie, bodemopbouw, vernatting, bosaanplant, verduurzaming van de landbouw
c. Voor kaders voor windenergie?
IV En hoe gaat de gemeente hierover communiceren naar haar burgers?
Vraag 3: Op vraag III hierboven gaf u antwoord: “Dat gaan we niet doen.” Hoe gaat u dat verdedigen bij de provincie? Verder, u kon tijdens ons gesprek nog geen antwoord geven op de andere vragen (I, II en IV). We zijn benieuwd of dat intussen wel mogelijk is?
[Wethouder:] Wat III.a betreft, kan ik zeggen dat wij een Landschapsontwikkelingsplan (LOP) hebben. Bij de landschappelijke inpassing van zonneparken vormt het LOP al de basis.
Diverse cultuurlandschappen of landschapstypen in Bronckhorst zijn gewaardeerd van zeer hoog naar zeer laag. De landschapstypen van de cultuurhistorische kaart zijn gewaardeerd op basis van drie kenmerken: gaafheid, fysiognomie en bijzondere kenmerken. Hierbij wordt het huidige landschap vergeleken met het referentiepunt. Gaafheid heeft dan betrekking op de (verkavelings)-patronen. Fysiognomie betreft de openheid van het landschap. Onder bijzondere kenmerken wordt verstaan in hoeverre die ruimtelijke structuren of elementen (nog) aanwezig zijn, die het landschap zijn duidelijk eigen karakter geven. Daarnaast komen binnen Bronckhorst bijzondere landschappelijke gebieden voor, zoals de Halse rug, de landgoederenzone.
NLH | Deze tekst kennen we van archeologisch bureau RAAP. Om de tekst in het juiste perspectief te kunnen plaatsen is het woord ‘referentiepunt’ nogal belangrijk. De betekenis ervan wordt (opnieuw) weggelaten. Gelukkig weten we dat in de oorspronkelijke tekst de betekenis wel genoemd werd. Het referentiepunt is: ‘het landschap van 1850’ (Uit: ‘Achterhoeks koersdocument voor duurzame energie’). Bureau RAAP heeft beoordeeld in hoeverre het huidige landschap nog overeenkomt met het landschap in 1850. Tja… prima voor een erfgoed-analyse. Maar voor een natuur- en landschapsanalyse geeft het een eenzijdig en onvolledig beeld.
Zie ook het kader hieronder voor een voorbeeld:
Ook het aspect ‘rust en ruimte’, dat in het huidige overvolle Nederland zeer gewaardeerd wordt, komt niet in terug in een erfgoed-analyse.
[Wethouder:] Wat III.b betreft, kijken we zeker naar andere kansen voor verduurzaming. Uitgangspunten in de routekaart zijn:
- We zetten maximaal in op het besparen van energie.
- We willen alle geschikte daken maximaal gebruiken voor de opwek van zonne-energie.
- Voor de resterende energievraag zetten we alle mogelijke duurzame bronnen in: uit de bodem, het water, biomassa, wind en de zon.
- In de Bronckhorster ruimtelijke afweging stellen we ruimtelijke en landschappelijke voorwaarden voor duurzame opwek. Zo staan we vanwege het unieke landschap alleen zonnevelden van maximaal 2 MW toe.
- We kiezen er niet voor om meer op te wekken dan de eigen energievraag.
Wat III.C betreft, streven we naar kaders van windenergie voor de zomer van 2021. Uiteraard is uiteindelijk de raad die daarover beslist.
Wat betreft I. En II. De provincie is terecht kritisch over de concreetheid en daadwerkelijke invulling van het RES-bod. De provincie is voorstander van zoekgebieden, terwijl in de meeste Achterhoekse gemeenten een uitnodigingsplanologie geldt.
Daarnaast benadrukt de provincie het belang van een evenwichtige verhouding tussen zon en wind. De provincie waarschuwt dat er voor deze balans te weinig ingezet wordt op windenergie. Kortom, het is duidelijk dat er ook voor de RES nog veel werk verzet moet gaan worden.
Wat betreft IV. Alle beslissingen en stappen zijn onderdeel van een constante en uitgebreide communicatie die we reeds voeren, op diverse manieren en via diverse kanalen.
NLH | Het volgende moet ons hier van het hart. Als u respectvol met burgers wilt praten is het essentieel dat u dit begrijpt: Wanneer u onprettige informatie heeft, zoals: ‘We gaan geen volledige natuur- en landschapsanalyse doen, daarvoor is Bronckhorst te groot; we kiezen plekken voor windturbines op basis van de erfgoedkaarten van bureau RAAP en de kaart in het biodiversiteitsplan’, dan is het voor de burger veel beter te verteren dat u daarover openhartig bent. En het als boodschap gewoon uitspreekt. Daarom waren we zo blij met het gesprek. U gaf een eerlijk antwoord.
Wij begrijpen echt niet waarom u in deze terugkoppeling weer terugkrabbelt (‘Wij versimpelen uw boodschap’ door letterlijk weer geven wat er gezegd is?). En dat u hier weer een rookgordijn opwerpt met wat copy-paste-teksten. Is het om raadsleden het gevoel te geven dat het toch echt allemaal wel goed zit met ‘zorg voor het landschap’?
Ons kernteam is gewend te werken in het hogere management van het bedrijfsleven, de overheid en de natuur- en landschapsorganisaties. Wij verwachten dat we op dat niveau met u kunnen spreken.
Vraag 4: U gaf aan dat is gebleken dat geothermie waarschijnlijk niet mogelijk is in onze omgeving. Goed dat dat onderzocht wordt. Kunt u ons de researchuitkomsten en de bron toesturen?
[Wethouder:] Wat ik heb aangegeven is dat op dit moment onvoldoende zicht is op de kansen van geothermie maar dat er wel onderzoek wordt gedaan. Op de website van de Seismische Campagne Aardwarmte Nederland (TNO en Ministerie EZ en Klimaat) is daarover veel te vinden. Daarnaast heeft de provincie een rapport gemaakt met de titel Risico-inventarisatie geothermie.
Of er in de toekomt wel kansen zijn moet echt blijken, maar de noodzaak voor dieper boren in de Achterhoek in combinatie met de waterwinning en watervoorraad levert bijvoorbeeld specifieke risico’s op. Al met al is er nog veel aanvullend onderzoek nodig en ligt grootschalige toepassing van geothermie nog ver in de toekomst. Uiteraard kan ondiepe geothermie op veel plaatsen al wel. Denk daarbij aan grondwarmtepompen. Overigens zorgen warmtepompen voor minder verbruik van aardgas, maar niet voor minder gebruik van elektriciteit.
Heroverweeg normen rond windturbines
Deskundigen zoals Dr. ir. J.A.P.M. de Laat spreken over de afstandsnormen tot windturbines, die in andere landen een stuk veiliger zijn dan in Nederland. Adviesbureau M+P concludeerde hetzelfde al in 2015. Met de inzichten van vandaag, die andere landen wel ter harte nemen, zijn de verschillen alleen maar groter geworden. Uw adviseur verklaarde echter dat dergelijke bronnen onwaarheden verkondigen. Hij had deskresearch gedaan, zo vertelde hij, waaruit blijkt dat de afstandsnormen rond windturbines in genoemde landen niet groter zijn dan in Nederland. Hij gaf aan dat wij deze researchuitkomsten mochten zien. Wij hebben nog niets gekregen. We zijn benieuwd.
Vraag 5: Zou u ons de genoemde deskresearch-uitkomsten nog willen toesturen?
[Wethouder:] Mijn adviseur ging specifiek in op de algemene suggestie dat in andere landen veel strengere normen gelden dan in Nederland. En specifiek in op dat in Duitsland de norm 10x de tiphoogte zou zijn.
NLH | We hebben het helemaal niet specifiek gehad over Duitsland. (En, iedereen weet toch dat de ‘10x de tiphoogte norm’ in Beieren geldt?) De links in onze oorspronkelijke tekst spreken voor zich. En we horen van u hier geen andere feiten uit het ‘deskresearch’ van uw adviseur, dus we nemen maar aan dat die er (bij nader inzien) niet zijn.
[Wethouder:] De laatste bewering die helaas ook is herhaald in de uitzending van Een Vandaag, berust niet op waarheid. De tekst over Duitsland staat onderaan de mail. Wat betreft de vergelijkbaarheid in normen is deze korte samenvatting wellicht wel het meest overzichtelijk.
NLH | Uw verwijzing (hoewel gedateerd) laat inderdaad goed zien dat blijkbaar niet alleen de afstandsnorm, maar ook de geluidsnormen in Nederland een stuk soepeler zijn dan in bijna alle andere Europese landen, weergegeven in de tabel ‘Samenvatting van geluidsnormen voor windturbines in Europa’.
Het is daarbij wel goed om te weten hoe het zit met dB:
Elke 3 dB meer, betekent een verdubbeling van het geluid. Als we kijken in de bron waarnaar u verwijst, bijv. in de kolom ‘geluidsnorm bij woonwijken’, dan zien we een verschil van 2 tot wel 8 dB (!) met de Nederlandse norm. Dat betekent dus tot bijna 3x een exponentiële verdubbeling van het toegestane geluid in Nederland. Bijvoorbeeld in Vlaanderen (3 dB minder), Wallonië (7 dB minder), Denemarken (8 dB minder), Finland (2 dB minder), Noorwegen (2 dB minder), Zweden (7 dB minder). Alleen in Duitsland is meer geluid toegestaan.
[Wethouder:] Dr. ir. De Laat heeft onderzoek gedaan naar gezondheidseffecten door LFG, maar doet geen uitspraak over de afstand tot windmolens. (NLH | Apert onjuist…)
Ik citeer hem “anderen hebben inderdaad eerder op de risico’s gewezen en ik denk dat die ook echt bestaan. Al moet je het wel relativeren voor het aantal mensen dat risico loopt. Dan moet je al weten hoeveel mensen in bijvoorbeeld een straal van 1000 meter rond windturbines wonen. Wat we wel weten is dat zo’n tien procent van de bevolking hartklachten heeft, en volgens de literatuur zoals we die nu kennen verergeren de hartklachten bij zo’n één procent van de kwetsbare groep.”
NLH | We vinden uw onjuiste en bagatelliserende reactie zeer bedenkelijk en zorgelijk. We raden u echt aan naar het hele item van VPRO Argos te luisteren (‘Wakker van de windmolen’) en het bijbehorende (recente) artikel te lezen: https://www.vpro.nl/argos/lees/onderwerpen/windmolens/2020/onhoorbaar-geluid-schadelijk-voor-gezondheid.html
[Wethouder:] Omdat het onderwerp iets ingewikkelder ligt dan de conclusie dat “Nederland veel soepeler” is en diverse onderzoeken een meer genuanceerd beeld laten zien, trekken ook wij geen absolute conclusies. We gaan uitdrukkelijk niet op de stoel van de deskundigen zitten. Op 10 februari 2021 zal een expertavond worden gehouden met deskundigen die dieper op dit onderwerp in zullen gaan.
Wij sluiten, zoals ook de gemeenteraad en een huisarts die namens de actiecomités sprak ons vroegen, aan bij de landelijke richtlijnen die onder advies van het RIVM ontstaan en gaan uit van de expertise daar. Wij gaan ervan uit dat het RIVM in staat is om eventuele nieuwe wetenschappelijke inzichten te verwerken en waar nodig deze in haar advies te delen met kabinet en kamer. Alwaar de juiste besluitvorming kan plaats vinden.
NLH | Uw collega’s van GroenLinks in het provinciebestuur van Zuid-Holland trekken wel een duidelijke conclusie, ter bescherming van de bevolking: Zij vinden dat de overheid ‘niet hoeft te wachten met maatregelen totdat onomstotelijk bewijs is geleverd van schadelijke effecten', nu de empirische data zo duidelijk zijn. https://www.ad.nl/voorne-putten/windmolens-verder-weg-van-woningen-zetten~a74de1ee/
Maak initiatieven voor windenergie openbaar
Initiatiefnemers benaderen de gemeente Bronckhorst. U geeft aan dat de gemeente Bronckhorst deze initiatieven nu nog zoveel mogelijk afhoudt. (Vanwege het raadsbesluit van okt 2019.)
Vraag 6: Welke initiatieven zijn dit? En waar zijn ze (ongeveer) gesitueerd?
[Wethouder:] Opnieuw en uitdrukkelijk verwijs ik naar ons gesprek. Wij hebben daar met klem benadrukt dat wij niets weten van een bekende locatie waarvoor een initiatief is. De raad heeft besloten om verzoeken zo veel mogelijk af te houden voor 2022. We kennen dus geen initiatieven (met uitzondering van het al jaren bestaande initiatief voor het landgoed Keppel), laat staan dat we weten waar ze (ongeveer) zijn gesitueerd.
NLH | Dit zal dan berusten op miscommunicatie. Als u steeds zegt dat u initiatieven afhoudt. Dan denken wij dat er initiatieven zijn die afgehouden moeten worden.
Maak kaders voor windenergie Bronckhorst openbaar
U gaf nog geen antwoord op onze vraag ‘Op welke manier en wanneer kunnen wij, als stakeholder, inzage krijgen in het op te stellen kader voor windenergie?’ In de conceptfase van het kader, in de aanloop daar naartoe en voorafgaand aan de commissievergadering. Het inzage- en inspraakproces leek nog niet helemaal helder.
Vraag 7: Kunt u onze vraag naar betrokkenheid bij het opstellen van het kader nog beantwoorden?
[Wethouder:] Ik meen dat ik deze vraag wel degelijk heb beantwoord. Middels de enquête en middels de interviews met de stakeholders halen we input op voor de kaders. Op basis daarvan zal een voorstel worden voorbereid die middels een collegevoorstel ter besluitvorming naar de raad gaat. Zoals elk proces is er dan alle gelegenheid om te reageren, in te spreken enz.
NLH | We begrijpen niet waarom het kader niet ter inzage voorgelegd kan worden (zoals de Routekaart in 2019), anders dan dat het niet past binnen uw haastige procesvoorstel.
Wij zouden zelf liever keuzes maken op basis van kwaliteit. Zeker als beslissingen ingrijpende gevolgen hebben voor burgers.
Het gaat ons dus niet om ‘reageren’ zoals u voorstelt, maar om ‘samen opstellen’. U wilt immers graag inwoners betrekken op een manier die aanzet tot ‘meedoen’? In een proces dat bijdraagt aan onderling vertrouwen?
————————————
[Wethouder:] Duitsland
In alle Duitse deelstaten (met uitzondering van Beieren) is de geluidsnorm 45 dB in de nacht en de minimale afstandsnorm 350 meter. Dit komt ongeveer uit op 600 meter voor windmolens van 200 meter en hoger. Dit is net iets minder streng dan de Nederlandse norm voor geluid in de nacht, maar strenger overdag. Let wel: het is het totale, maximale geluidsniveau uit een gebied (dus een fabriek naast een windmolen telt ook mee). Men kijkt dus niet alleen naar de windmolen.
(Update dec 2020.. voorstel om landelijk een vaste afstand van 1000m naar bebouwde gebieden in te stellen voor hoge windmolens heeft het niet gehaald. Deelstaten blijven bevoegd om zelf normen te stellen.)
Beieren is een van de 16 deelstaten (maar wel de grootste) en beslaat ongeveer 19% van het Duitse grondgebied met 15% van de inwoners. In 2014 is Beieren onder leiding van Horst Seehofer (CSU) in 2014 besloten tot strenge afstandseisen (10x de tiphoogte).
Overigens is dat niet gebaseerd op onderzoek. Eigenlijk is het onduidelijk waarom die maatregel is genomen, zeker omdat uit onderzoek bleek dat ten tijde van de maatregel 75% van de mensen in Beieren voor windenergie was. De maatregel hield echter stand voor de hoogste rechter omdat deelstaten de bevoegdheid hebben om nadere eisen te stellen aan de plaatsing zolang er maar geen sprake is van een verbod.
Omdat er nog effectief 1,7% van het grondgebied gebruikt kon worden, was van een totaalverbod geen sprake en voldeed het aan de federale wetgeving. Overigens wordt Beieren vaak aangehaald als spijtoptant die daarvoor juist een belangrijk voorloper was. Maar op de kaarten is al te zien dat Beieren niet bepaald voorop liep. Ook blijkt uit cijfers dat Beieren sowieso slechts 4,3% van de windenergie opwekt van Duitsland (cijfers juli 2018).
De nieuwe coalitie onder leiding van Markus Suder (ook CSU met de Groenen) wil overigens zo snel mogelijk 200 grote extra windmolens bouwen en daarvoor bekijken of de 10H regel moet worden aangepast. Hij heeft daarvoor begin september 2019 een integraal plan ingediend voor een versnelde vergroening van Beieren.
(Update dec 2020: alhoewel de doelen zijn geaccepteerd is er nog geen beslissing over de regels rondom wind, wel is windenergie opgenomen in de middelenmix op weg naar 100% hernieuwbare energie in 2030.)
Ook in de nieuwe plannen van de federale regering (nog slechts een eerste optekening) gaat hernieuwbare energie van 40% naar 65% in 2030. Dit betekent groei voor nieuwe ontwikkelingen maar ook groei voor wind en zon. In welke verhouding heb ik niet kunnen vinden in aantallen maar de kaart van de windmonitor geeft wel een redelijk inzicht in de verwachte groei.
http://windmonitor.iee.fraunhofer.de/windmonitor_en/3_Onshore/7_karten/